Ik heb de heerlijke opdracht om mij de komende tijd helemaal in het wereldje van sociaal en duurzaam onder te dompelen. Het is mijn taak, of in ieder geval één van mijn taken, om simpelweg op de hoogte te blijven van alle nieuwe en toffe sociale en duurzame projecten en initiatieven. Erg vervelend. Ik heb slechtere baantjes gehad zullen we maar zeggen.

Dus ik struin tegenwoordig facebook af, volg allemaal duurzame figuren op twitter, heb mij geabonneerd op nieuwsbrieven van duurzame websites en ben inmiddels fervent bezoeker van de NU.nl zakelijk tak. En wat ik vind stemt mij wel heel positief, er is een heleboel gaande! De duurzame initiatieven schieten als paddenstoelen uit de grond, en de social media zijn hét medium bij uitstek om die initiatieven een podium te geven. Wat wel opvalt is dat de berichten over duurzaamheid de overhand hebben. Als ik niet oplet gooi ik zo allerlei berichten op facebook over energiebesparende dit en recyclebare dat, klimaat zus en groene zo. Heel verleidelijk omdat het aanbod zo groot en gevarieerd is, maar het is niet representatief voor SOON dat haar pijlen toch vooral richt op sociaal ondernemen.

Dus ja, duurzaamheid is al lang niet meer geitenwollensokkig, maar gewoon hartstikke hip en al helemaal onder de hoogopgeleide, twintigers en dertigers die in de grote stad wonen. En wonder boven wonder, als je de statistieken van de facebook-pagina van SOON bekijkt is dat precies de groep mensen die SOON vooral bereikt op facebook.

Maar goed, die berichten en nieuwtjes over sociaal ondernemen zijn nog iets minder voorkomend op sociale media dan haar hippe duurzame zusje. Misschien omdat het, in tegenstelling tot duurzaam ondernemen, niet meteen duidelijk is wat sociaal ondernemen nou precies inhoudt. Sociaal? Dus eh.. met mensen? Iets maatschappelijks ofzo? Inmiddels weet ik zelf wel beter. Maar er valt nog wel een slag te slaan denk ik. Ik heb zelf aan heel wat mensen uit moeten leggen wat sociaal ondernemen is, toen ik vertelde dat ik bij een organisatie aan de slag zou gaan die sociaal ondernemen stimuleert. Dus inmiddels heb ik een voorgeprogrammeerde hier-staat-mijn-stageorganisatie-voor pitch: een sociaal ondernemer heeft als primair doel: maatschappelijke meerwaarde creëren en wel op een ondernemende manier. Zelf vind ik het vooral mooi samengevat in de zin: ‘verbeter de wereld begin een bedrijf’ (wat overigens de titel is van een interessant boek over het betreffende onderwerp).

Nu hopen dat ook sociaal ondernemen net zo hip wordt als haar duurzame zusje en dat dit geen tijdelijke, maar duurzame hipheid betreft. Maar daar ben ik wel van overtuigd. Dat klinkt misschien als de overtuiging van een idealistische en dromerige twintiger, maar als ik al iets geleerd heb bij SOON is dat daar alles behalve dromerige typjes rondlopen. Idealistisch, dat wel ja, maar dat is niets om dromerig over te doen. Gewoon aanpakken, dat wat je niet zint. Wereldverbeteraars met een businessplan zijn het. En daarmee laten die SOON’ers precies de eigenschappen zien die zo kenmerkend zijn voor de huidige twintigers en dertigers, oftewel: generatie Y. Ze blinken uit in ondernemerschap, klantgerichtheid, besluitvaardigheid, omgevingsbewustzijn en initiatief. Aldus wikipedia. Ze zijn wel gevoelig voor burn-outs, dat dan weer wel.

Kortom, al die generatie Y’ers met hun projecten en hun sociale media. Het valt haast niet meer bij te houden op welke initiatieven je op welke website nu weer kan stemmen, zodat het in de race blijft voor een prijs die dat soort initiatieven dan weer stimuleert. Dus, mijn taak: ‘even die social media bijhouden’ is nog best een sport. En ik kom gelijk voor een volgend dilemma. Er zijn zoveel leuke projecten, maar je moet ze wel kunnen verkopen. Het moet interessant zijn. Hoe bind je die twintigers en dertigers aan je? En hoe onderscheid je je in die sociale brei op facebook en twitter? Je wil graag de projecten recht doen en je wil natuurlijk graag die leuke projecten ‘misbruiken’ voor je eigen publiciteit, populariteit en marketing. Dus ja, ik merk dat ik ga denken in facebookberichtjes en dat mijn gedachten geordend worden in stukjes van 140 tekens. Dat zal nog wel een poosje zo blijven, maar dat vind ik niet erg. Ik voel me wel goed tussen de duurzame en sociale nieuwtjes en blijf ondertussen op mijn hoede voor de burn-out.